Kunstmuseum Den Haag

Flowerholder shaped like a triumphal arch

Delft (The Netherlands), c. 1690-1705

Bloemenhouder in de vorm van een triomfboog met in totaal twaalf cilindervormige tuiten. Aan weerszijden van de triomfboog een krokodilachtig beest. Onder de triomfboog een staande figuur met Oosterse gelaatstrekken.

Het viertal naar westers model gemodelleerde triomfbogen bestaat uit een op een voetstuk geplaatst classicistisch poortgebouw met een onderling verschillend aantal tuiten. Bij twee exemplaren met elf tuiten prijkt op de zijkant een tweetal kruipende, salamanderachtige beesten en onder de boog is een Chinees geplaatst met in zijn armen een tuit. De volle, deels in Kraakstijl en spaartechniek uitgevoerde beschildering van de objecten is overwegend oosters van aard. Vogelmotieven met bloem- en bladwerk versieren de triomfbogen van top tot teen. Het model van beide Chinese personages is in eenzelfde vorm gemodelleerd. Dit model beeldje is opmerkelijk genoeg ook toegepast bij een met een ster gemerkt huisaltaar, afkomstig uit de Delftse plateelbakkerij De Witte Ster. Hier heeft de Chinees geen tuit in de armen, maar verbeeldt hij de apostel Johannes onder het kruis (Eliëns). De beschildering van de twee andere bogen met ieder zeven tuiten is meer westers van aard. Bloementoeven sieren de zijwand van het exemplaar met boven de boog in een wapenschild de veelvuldig op bloemenhouders afgebeelde godin Flora. Zij wordt geflankeerd door twee in de zwikken geplaatste putti die leunen tegen de bakstenen muur met scheuren in het metselwerk. De andere triomfboog vertoont op het wapenschild een mascaron, een renaissancistisch ornament dat in vele variëteiten eveneens op andere bloemenhouders is afgebeeld.

Bloemenhouders met tuiten in de vorm van een triomfboog passen binnen de traditie van eretekens die eeuwenlang voor hoogwaardigheidsbekleders werden opgetrokken. Zo ook tijdens de regeringsperiode van koning-stadhouder Willem III en zijn gemalin Mary II waarin het piramidale machtssymbool in allerlei (keramische) verschijningsvormen werd vervaardigd.

Bij de in 1691 grootscheeps opgezette intocht van Willem III in Den Haag werden in de versierde stad tal van triomfbogen opgesteld zoals op het Binnenhof en de Markt. Het eerbewijs dat hem werd gebracht in de vorm van de houten, beschilderde bogen, obelisken en een vuurwerk in de Hofvijver is vastgelegd in het verslag Voyage de sa Majesté Britannique en Hollande. Een andere, hiermee nauw verbonden traditie aan de Europese hoven is de triomfboog die als versiering bij officiële feestelijkheden op tafel prijkte. Een schriftelijke bron uit 1652 licht ons daarover in (Harsdörffer). Bij een hertogelijk huwelijksbanket in Italië is midden op tafel een hoge, met laurierblad omwonden triomfboog geplaatst met de wapens van de hertog en hertogin. De illustratie bij dit verslag laat overigens niet alleen een triomfboog zien, maar ook een tweetal obelisken. In de negentiende eeuw werd bij de Franse fabriek Samson, die bekend staat om zijn perfecte imitaties, het model van de Delftse triomfboog vakkundig nagebootst (Slitine).

Productieplaats
Delft (The Netherlands)
Datering
c. 1690-1705
Materiaal/techniek
monochrome faience; blue
Materiaal
tinglazuuraardewerk (faience) beschilderd in kobaltblauw
Afmetingen
height 29.2 cm ; width 31.1 cm ; depth 6 cm
inventarisnummer
0400551
Creditline
Kunstmuseum Den Haag