De huid van het faience bord toont craquelures hetgeen duidt op problemen bij het productieproces. Dat dit object mogelijk deel uitmaakte van een proef geven de aantekeningen op de achterkant aan. Daarop zijn behalve de namen van vijf kleuren, tevens een letter en een datum geschreven. In elk geval is bekend dat men omstreeks 1907 nog experimenteerde met een loodvrij tin-email dat vooral op borden en schotels van het oude type model werd toegepast. Maar de producten konden de toets der kritiek niet doorstaan. Het Delfts aardewerk van weleer werd bij lange na niet geƫvenaard en zo dachten blijkbaar ook de klanten erover. Uiteindelijk werd de productie van het tinglazuuraardewerk, zowel met een blauwe als polychrome beschildering, mede vanwege de teleurstellende verkoopresultaten omstreeks 1910 gestaakt.
Het bord met standring toont een spaarzaam beschilderd oppervlak met een in Oosterse sfeer weergegeven voorstelling. Voor dit decor nam Senf zijn toevlucht tot een ouderwets decoratieschema. het motief van een op een ring zittende, exotisch aandoende vogel is ontleend aan afbeeldingen op Delftse faience uit het begin van de achttiende eeuw. Tevens zijn struiken met rode bessen weergegeven en varenblad. De ring is evenals de randdecoratie geel gekleurd en bestaat uit een eenvoudige zigzagband met een stipmotief.