Kunstmuseum Den Haag

Bloemenhouder in de vorm van de oosterse godin Guanyin

Delft, circa 1710

De op een zeskantige voet steunende, kleine bloemenhouder is opgebouwd uit een ovaalvormig met drakenkoppen versierde verhoging. Daarop prijkt de afbeelding van een Chinees in kleermakershouding die geflankeerd wordt door twee bolvormige vaasjes met korte hals. Ongetwijfeld zal deze bloemenhouder haar vorm hebben ontleend aan een Oosterse plastiek van de Chinese godin van barmhartigheid Guanyin die gezeten op een lotus uit zee oprijst. Deze bloemenhouder, voorzover bekend enig in zijn soort, is een voorbeeld van een polychrome, grootvuurtechniek uitgevoerde versiering, waarbij de moeilijk te verwerken kleuren rood en zwart zijn gebruikt.

De in kleermakerszit uitgebeelde Guanyin torent hoog uit boven dit als bloemenhouder uitgevoerde godinnenbeeldje. Aan weerszijden van deze uit de zee oprijzende Chinese godin van barmhartigheid prijken twee vaasjes. Het betreft deels een typisch westerse toevoeging aan dit verder in oosterse stijl uitgevoerde plastiekje van Guanyin die bij de blanc-de-Chine plastiekjes soms op een lotusbloem is gezeten. Op een prent in de circa 1655 te Amsterdam uitgegeven Atlas van China is de godin zittend op een zetel weergegeven met op de rand aan één zijde een gelijkvormig vaasje. De Delftse vormer zocht wellicht naar een symmetrische oplossing en maakte er eenvoudigweg twee vaasjes van. De vaasjes worden op hun beurt geflankeerd door een tweetal drakenkoppen die uit de woelige zee opduiken.

De hexagonale voet vertoont een westers randje en de versiering van het beeldje is uitgevoerd in een bont kleurenpalet met de moeilijk te verwerken kleur zwart. Het glimmende zwart draagt bij aan het exotische karakter van deze bloemenhouder die net als een tweede, APK gemerkt en identiek exemplaar (Sotheby’s Amsterdam, 19 september 2000, lot 766), afkomstig is van De Grieksche A. Ook andere Chinese figuurtjes hebben zwart in het kleurenpalet (Deel II 2001, cat.nr. 59, afb.1). Exclusief Delfts aardewerk met een volledig zwarte ondergrond, zoals een stel hartvormige bloemenhouders met tuiten, werd in het eerste kwart van de achttiende eeuw door met name plateelbakkerij De Metaale Pot op de markt gebracht (Van Aken-Fehmers 2003-2004, cat.nrs. 53-55, 59-60, 62). Enerzijds lieten de Delftse producenten zich inspireren door oosters porselein, anderzijds werden zij niet gehinderd door welke traditionele weergave dan ook. Zo waren zij in staat nooit eerder vertoond Delfts ‘porceleyn’ te leveren, waartoe deze Chinoiserie plastiek van een exotisch ogende godin behoort.

Plateelbakkerij
Plateelbakkerij De Grieksche A, eigenaar Pieter Kocx [1701-1722]
Productieplaats
Delft
Merk
merk op onderkant ; APK ; van: Pieter Kocx (1701-1722) plateelbakkerij De Grieksche A.
Merk
Datering
circa 1710
Materiaal/techniek
tinglazuuraardewerk (faience) veelkleurig beschilderd in blauw, groen, roodbruin en zwart
Materiaal
tinglazuuraardewerk (faience) veelkleurig beschilderd in blauw, groen, roodbruin en zwart
Afmetingen
hoogte 17,1 cm ; breedte 12,5 cm ; diepte 9,0 cm
Herkomst
1904 legaat Kunstmuseum Den Haag ; -1904 collectie mr. A.H.H. van der Burgh
Literatuur
[LITERATUUR] Ottema 1943, 163, afb. 190
Cat. veiling Sotheby’s Amsterdam, 19 september 2000, lot nr. 766
Deel I 1999, cat.nr. 21
Deel II 2001, cat.nr. 59, afb. 1
Van Aken-Fehmers 2003-2004, cat.nrs. 53-55, 59-60, 62
Van Aken-Fehmers 2007, IV, cat.nr. 9.13
inventarisnummer
0400732
Creditline
Kunstmuseum Den Haag