Het plastiekje verbeeldt een naakte vrouwspersoon met in hand in drietal vruchten. Zij leunt tegen een met een bladrank omwonden boomstronk. het vierkante, schuin oplopende voetstuk heeft bladvormige hoeken in reliëf en een versiering van lambrequinmotieven. Een nagenoeg identiek voetstuk voerde men in deze plateelbakkerij ook uit bij andere plastiekjes als bijvoorbeeld een bazuinengel.
Evenals het aan de Oudheid ontleende plastiekje van de Doornuittrekker, is dit een ander voorbeeld van een op een Westers thema geïnspireerde Delftse creatie. Hier nam wellicht zijn toevlucht tot de godenwereld en is de godin Venus uitgebeeld. In het eerste kwart van de achttiende eeuw brachten andere 'porcelijn'-producenten eveneens dergelijk goed op de markt. Daarvan is een godenbeeldje uit De Grieksche A bekend dat zelfs met een gouddecoratie is versierd.
Te oordelen naar de ons overgeleverde objecten uit de productieperiode van Jan Gaal, is het assortiment van De Twee Scheepjes bijzonder veelzijdig geweest. Naast onder invloed van Westerse bronnen ontstane voorwerpen zoals deze godin, liet men zich inspireren door Oosters porselein. Zo vertoont een eveneens IG gemerkt Chinoiserie plastiek een op zijn hurken zittende Oosterling. Van een geheel andere orde, in dit geval religieus van karakter, zijn een met het fabrieksmerk van Jan Gaal gemerkte Madonna en een tweetal plastiekjes van monniken. Weer een ander beeldje toont een bizarre carnavaleske figuur die deels met druiven en andere vruchten is bedekt.