Kunstmuseum Den Haag

Jug

Delft (The Netherlands), 1898

De met tuit en oor gemaakte faience kan heeft een licht geribde wand. De craquelures en de gaten in het glazuuroppervlak van de huid wijzen op problemen met het productieproces. Gelet op het tijdstip van vervaardiging (1898), gaat het hier om een periode waarin werd getracht de productie van tinglazuuraardewerk nieuw leven in te blazen. H.W. Mauser (1868-1940), de toenmalige technische leider van het bedrijf, werden pogingen in die richting ondernomen, maar werkelijk goede resultaten bleven uit. Zowel het model van de kan als de polychrome decoratie zijn op traditioneel Delftse wijze uitgevoerd. De eenvoudige randversiering, de rood gekleurde bloemen en de exotisch aandoende vogel die bijvoorbeeld ook op een kom uit De Metaale Pot is te zien, alles verwijst naar de Delftse productie uit de gloriedagen van weleer. Toch staat deze traditionele weergave aan het begin van een nieuwe ontwikkeling. Leon Senf beschilderde deze kan met een variant op zijn ontwerp van een paradijsvogel die deel uitmaakt van zijn "Paradijsvogel-serie".

Op dit voor een schotel bestemde ontwerp is tevens afhangend blad weergegeven, hetgeen in aangepaste vorm eveneens op de kan te zien is. Aanvankelijk werden paradijsvogels op zowel gangbare als vernieuwende modellen in tinglazuuraardewerk uitgevoerd. Vanaf omstreeks 1910, toen men volledig overging op de productie van het witbakkende aardewerk, treffen we deze vogel nog slechts op dit type keramiek aan. Het motief van de paradijsvogel paste men tot in de jaren veertig van de twintigste eeuw toe.

Plateelbakkerij
Plateelbakkerij De Porceleyne Fles, eigenaar Joost Thooft [1876-1890], schilder Leon Senf [1860-1940]
Productieplaats
Delft (The Netherlands)
Merk
Datering
1898
Materiaal/techniek
polychrome faience; blue, green and red
Materiaal
tinglazuuraardewerk (faience) veelkleurig beschilderd in blauw, groen en rood
Afmetingen
height 21.5 cm
inventarisnummer
1009967
Creditline
Kunstmuseum Den Haag - langdurig bruikleen van Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed