De met een geschulpte rand uitgevoerde schotel is op het middenveld gedecoreerd met een gestileerd weergegeven, bloeiende zogenoemde theeboom voor een hekje. De voorstelling wordt omcirkeld door een ook in vroeger jaren gebruikte kruisjesband. De rand toont zes medaillons met bloemwerk. De daartussen liggende vakken zijn opgevuld met gestileerd bladwerk. Op de achterwand is een aantal gestileerde bladmotiefjes geschilderd.
Het theeboomdecor was een veelvuldig toegepast stijlornament in de tweede helft van de achttiende eeuw, waarbij in grote lijnen de diverse uitvoeringen overeen komen. Details als de weergave van de bloeiende takken en het hekje verschillen soms evenals de opvulling van de randdecoratie. Het betreffen uitvoeringen uit diverse bakkerijen die zowel in het blauw als in het polychroom zijn toegepast.
Vooralsnog lijkt het theeboommotief hoofdzakelijk voor te komen op Delfts platgoed. Bij een aantal andere veelvuldig toegepaste decoratiepatronen is dat anders. Om een servies van Delfts aardewerk samen te stellen, was het mogelijk aan de hand van eenzelfde decor een samenhangend geheel te vormen. Zo werden decoraties met het bloemenmand- of hartenmotief toegepast op allerlei typen voorwerpen als kommen met schoteltjes, terrines, sauskommen en diverse maten borden en schotels.
Het theeboommotief is ontleend aan een decoratie op het Kangxi porselein van een symmetrische heester. In een inventarislijst uit 1778 van een Amsterdamse winkel in porseleingoed is sprake van een dergelijk ‘theeservies met de theeboom’. Hier lijkt het echter om Oosters porselein te gaan.