Zeshoekig voetstuk van een bloemenhouder met geprofileerde onder- en bovenrand op zes pootjes, die een bal omklemmen, op de hoeken een zuil, bovenop zes dieren. Onderzijde groot rond gat, ook onder bolpoten een gat. Blauw met blauwe trek op wit fond. Decor: in de zes vakken onder een zuilenboog afwisselend een voorstelling van twee dansende naakte putti of van twee musicerende naakte putti, eronder een rand met bloemen en een met geometrische motieven, in de bovenrand zes vakken met Chinese bloemtakken en op de hoeken een schelpmotief. Bovenop tussen de dieren een ruyi-motief.
Het voetstuk heeft tot een piramidevormige bloemenhouder behoord die uit losse op elkaar gestapelde delen bestond, ieder met een aantal tuiten om bloemen in te steken. Dergelijke grote vazen zijn tussen 1680 en 1740 in Delft gemaakt door minstens vijf verschillende plateelbakkerijen. De meeste zijn geproduceerd door de Metaale Pot en De Grieksche A. Koningin Mary II gaf omstreeks 1690 opdracht aan De Grieksche A voor een stel bloemenhouders voor Hampton Court. Deze hebben eenzelfde soort voetstuk als het exemplaar van Museum Arnhem.