Likeurvaasjes

Is nieuw, vervaardigd bij Aardewerkfabriek Velsen te Sassenheim, volledig handgeschilderd, onderglazuurschildering, de zgn. nieuwe techniek, vermoedelijk ongeveer tussen 1950 en 1970, likeur? 'k zie het meer als vaasjes voor de toeristen gemaakt, groet jvdh. 

Aan welke periode denkt u dan? groet jvdh.

’k Laat u het volgende weten.

Van 1936 tot 1939 zat het bedrijf Kunstaardewerkfabriek Velsen (voorheen Kennemer Potterij) in Velsen, men maakte daar aardewerk in art deco stijl, ook de Kennemer Potterij, niets geen ’delfts blauw’, in 1939 volgt faillissement, twee personeelsleden gaan het bedrijf voortzetten, J. G. van Vliet en L. H. de Vrind. In november 1939 volgt in de Goudsche Courant een advertentie met als naam en adres: firma VAN VLIET-DE VRIEND, Duinvlietstraat 98, Velsen, Noord (naam van De Vrind foutief in advertentie). Op 15 februari 1940 wordt de naam: Kunstaardewerkfabriek Velsen C.V. (Kamer van Koophandel).

Op basis van de overgenomen bestaande modellen van het vorige failliete bedrijf maakten zij eenvoudige gespoten producten, zij merken af met het modelnummer en soms ’Velsen Holland’. Alles uitvoerig beschreven in ’Mededelingenblad Nederlandse vereniging van vrienden van de ceramiek’ dubbelnummer 99/100, 1980. In 1942 eist de Duitse bezetter de fabriek in Velsen op, binnen veertien dagen moet het pand leeg zijn, Van Vliet en De Vrind vinden een plek in Sassenheim in een bollenschuur. In de  oorlogsjaren wordt de kost verdiend met het fermenteren van tabak, (bron: Jan Pluis, Nederlandse tegels 1900-2000). Na de oorlog wordt langzamerhand de aardewerkproductie weer opgestart. In juli 1946 vraagt men plateelschilders, in 1947 nog eens plateelschilders gevraagd (zie de vaas, met op bodem ’Velsen Sassenheim’). In 1949 worden er allround delfts blauw schilders gevraagd (brieven met volledige inlichtingen en evt. refer.), nogmaals in 1949 in de Arnhemsche Courant bekwame delfts blauw schilders gevraagd (sollicitaties met uitvoerige inlichtingen).

Het kenmerk van uw vaasjes (de afmerking op de bodem) is mogelijk in die tijd, dus eind jaren veertig ingevoerd, met de komst van de delfts blauw schilders, (vóór 1940, en ook de Kennemer Potterij, had een andere afmerking, een ander logo), blijft nog het probleem van het ’handpainted’ wat op uw vaasjes vermeld is. Begin jaren vijftig komt er bij het bedrijf een man in dienst die de zeefdruktechniek daar gaat ontwikkelen. Ter onderscheiding van het aardewerk wat niet geheel met de hand beschilderd werd (waar dus een druktechniek werd toegepast, is goedkoper produceren) en wat wel volledig door een plateelschilder(es) werd beschilderd, werd het ’handpainted’ er op geschilderd, uw vaasjes zouden in het uiterste geval in 1946/1947 gemaakt kunnen zijn, maar dat zou heel bijzonder zijn, gezien dat ’handpainted’, er is mij tot op heden geen ’delfts blauw’ aardewerk  bekend waar ’handpainted’ op is vermeld, waarvan vast staat dat het voor 1950 is gemaakt, dus met datumvermelding, een geboortebordje, een huwelijksbord of een jubileum en dergelijke, groet jvdh.

Ik laat u nog het volgende weten:    In een informatieve website van een verzamelaar van o.a. keramiek van Kunstaardewerkfabriek ’Velsen’ te Sassenheim (het bedrijf waar uw vaasjes zijn gemaakt), vond ik een aantal gegevens van de eerste plateelschilder die bij het bedrijf in dienst kwam (door hem zelf aangeleverd aan de verzamelaar). Het betreft Nico Koelewijn, geboren in Voorhout op  31 december 1928, opleiding Koninklijke Kunstacademie, Prinsessengracht, Den Haag. In een gesprek in 1947 met de heer Van Vliet (eigenaar-directeur) van het bedrijf kreeg hij te horen dat er niet geschilderd werd op aardewerk. In mei 1948 werd hij door het arbeidsbureau te Leiden verwezen naar Kunstaardewerkfabriek ’Velsen’ te Sassenheim voor een gesprek met de heren L. de Vrind en H. van Vliet. Hij schilderde op een beker een ooievaar met baby en werd meteen aangenomen, hij werd de eerste plateelschilder in dienst bij Kunstaardewerkfabriek ’Velsen’ te Sassenheim, het fileren op een draaischijfje werd hem bijgebracht door Van Vliet en De Vrind (eigenaren-directie), zij waren in het verleden plateelschilder geweest bij Koninklijke Plateelbakkerij ’Zuid-Holland’ te Gouda. In 1950 kwamen de eerste genummerde vaasjes in de handel, nummer 1001-1002-1003. Deze nummering liep in de loop der jaren op tot ongeveer 1800.  Groet jvdh.